Zorgplicht
Met de invoering van passend onderwijs krijgen scholen een zorgplicht. Dat betekent dat ze de verantwoordelijkheid krijgen om alle leerlingen een passende onderwijsplek te bieden.
Taak van school
Ouders melden hun kind aan bij de school van hun keuze, en school heeft de taak om het kind een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs.
Iedere school een ondersteuningsprofiel
Om de zorgplicht te kunnen waarmaken en alle leerlingen een passend aanbod te kunnen bieden, werken reguliere scholen en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs samen in een samenwerkingsverband. Scholen stellen een ondersteuningsprofiel op om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. De samenwerkingsverbanden maken een ondersteuningsplan. In dit plan leggen zij vast welke basisondersteuning alle scholen binnen het samenwerkingsverband bieden. Daarnaast wordt vastgelegd hoe de extra ondersteuning is georganiseerd en hoe ze het geld gaan besteden.
Leraar speelt sleutelrol
Voor iedere leerling is het belangrijk dat zij kennisnemen van de diversiteit aan bewegingscontexten en leren kiezen welke bewegingscontext bij hen past. Onder professionele begeleiding leren zij (individueel en in de groep) welke sport en bewegingsactiviteit bij hen past. De leraar speelt een sleutelrol bij het vormgeven van het passend onderwijs. Passend onderwijs vraagt om leraren die willen en kunnen omgaan met verschillen tussen leerlingen en antwoord kunnen geven op verschillende mogelijkheden van leerlingen. Dit is geen nieuw probleem, zolang onderwijs bestaat is dit al een bekend probleem. Leerlingen verschillen van elkaar in mogelijkheden, kennis, vaardigheden, attituden en motivatie.
Bewegen niet altijd vanzelfsprekend
Plezier in bewegen is niet voor elke leerling de normaalste zaak van de wereld, terwijl dat wel zo hoort te zijn. Voor de leerling met een (motorische) beperking is bewegen niet altijd vanzelfsprekend. Er zijn mogelijk faalervaringen opgedaan in het verleden en angst voor bewegen ontwikkeld. Het is belangrijk om de leerling nieuwe bewegingservaringen te bieden en er zo voor te zorgen dat het bewegen weer positief wordt beleefd.
Omgaan met verschillen
Het omgaan met verschillen is duidelijk een complexe aangelegenheid, waarbij de keuze voor een aanpak van het omgaan met verschillen essentieel is.