Uit de derde meting van het Mulier Instituut blijkt dat er een duidelijke verbetering van het bewegingsonderwijs op de basisschool in gang is gezet. Volgens het Mulier Instituut is met name het aantal vakleerkrachten sterk toegenomen, waarschijnlijk mede door de inzet van de werkdruk akkoord gelden.
Meer vakleerkrachten
In het schooljaar 2020/2021 zette 44 procent van de basisscholen een vakleerkracht of een combinatie van vak- en groepsleerkrachten in voor het bewegingsonderwijs in groep 1-2. In groep 3-8 was dat 77 procent. Dat is beide aanzienlijk meer dan in 2016/2017 (toename van 23% en 59%).
Vanwege de inzet van vakleerkrachten is er ook beduidend meer aandacht gekomen voor hulp aan kinderen met een motorische achterstand.
Ruim twee op de vijf scholen (44%) bieden extra ondersteuning aan kinderen met een motorische achterstand. Dit is een ruime verdubbeling ten opzichte van 2016/2017 (20%).
Met name op scholen met alleen vakleerkrachten (59%) of een combinatie van vak- en groepsleerkrachten (51%) wordt extra ondersteuning geboden. Die bestaat meestal uit Motorische Remedial Teaching (in 36% van de gevallen).
Daarnaast is opvallend dat er meer buiten les wordt gegeven, het aantal lessen wel ongeveer gelijk is gebleven en de grootste belemmering een tekort aan accommodatie blijft.
Voortzetten ingezet beleid
Al met al hoopgevende ontwikkelingen waaraan veel partijen meewerken!